Overdracht militaire voertuigen aan Rekwisieten Commissie Landmacht
Een schenking van enkele militaire voertuigen van het DAF museum aan eigenlijk de enige plek buiten het museum waar deze voertuigen volledig tot hun recht komen,namelijk de Rekwisieten Commissie Koninklijke Landmacht (RCKL).
Deze instantie houdt van vrijwel alle tijdsbepalende wapens, voertuigen en tal van ander materieel exemplaren in stand die de landmacht sinds de Tweede Wereldoorlog heeft gebruikt.
De RCKL is 'geen museum', wordt benadrukt. “Het gaat er juist om dat de spullen actief ingezet kunnen worden om mensen er blijvend aan te herinneren hoe Defensie en de Koninklijke Landmacht in het bijzonder in vroegere tijden functioneerde.” Geen wonder dan ook dat het in hun loodsen gestalde materieel een groot deel van het jaar 'op reis' is.
De militaire voertuigen worden bijvoorbeeld ingezet tijdens Open Dagen, herdenkingen en veteranenevenementen, maar ook in films kun je regelmatig iets zien langskomen.
Dat het overgrote deel van deze voertuigen DAF voertuigen zijn uit de rijke historie hiervan mag duidelijk zijn.
De schenkingen van het museum betreft ook enkele unieke exemplaren. Enige tijd geleden had ik de RCKL gepolst hoe hun interesse in deze voertuigen zou zijn. Direct hierop reageerde men razend enthousiast en ook fanatiek: “Wij zijn de enige plek waar deze voertuigen thuishoren en weten jullie wel hoe uniek deze zijn!”
Na overleg tussen RCKL en de leiding van het museum is de schenking hierna tot stand gekomen. De vraag aan ons, het werkplaatspersoneel, om betrokken voertuigen even gereed te maken vereiste toch wat aandacht.
Na het openen van de DAF paardentrailer bleek deze afgeladen en ingericht te zijn met tentoonstellingsmateriaal. Ook het even gangbaar maken voor transport vroeg wat aandacht. Met Ben en Willem aan de slag. Uiteindelijk bleek na het reinigen van de carburators, leidingen en filters dat de ver overjarige benzine de geest gegeven had. Na het aanbrengen van twee 12 volt benzinepompjes en een kannetje met verse benzine kwamen beide benzinevoertuigen direct tot leven en waren nu verrijdbaar.
De diesel motor van de luchtmacht trekker met brandstofoplegger had alleen enkele goede accu’s nodig om direct te starten. Weer een bewijs dat het oude DAF-materiaal uiterst betrouwbaar was en is.